Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Vertrouwt niet op [23]onderdrukking, noch op roverij; wordt niet [24]ijdel, als [25]het vermogen [26]overvloedig aanwast, en zet er het hart niet op. 23. Dat gij iemand met list of geweld zoudt verdrukken en pogen te verwoesten. Zie Jes.30:12. 24. Uzelven bedriegende en bij anderen voor dwaas geacht, omdat gij u op ijdele dingen verlaat. Verg. hfdst.31 vs.7. 25. Rijkdom en macht. 26. Als een kruid, dat in menigte opkomt en voorspruit. Verg. hfdst.92 vs.15; Spreuk.10:31.